Yours schreef: 16 apr 2025, 07:14
Tufkah schreef: 15 apr 2025, 16:41
In de mystieke dood is er geen enkele toekomst meer, de vereenzelviging met de natuurlijke mens is hetgeen dat sterft. Of om met Paulus te spreken het gelijkvormige aan de wereld (Wat hetzelfde is als de vereenzelviging met de natuurlijke mens) eindigt. De persoon welke ik zelf ben (Tufkah) leeft nog wel, maar als hij fysiek sterft eindigt dat. Helaas, maar het is voor de natuurlijke mens onmogelijk om naar het hiernamaals te gaan.
Voor jou is de mystieke dood willekeur, maar de mystieke dood is het einde van de smalle Weg. Waarom? Omdat de geestelijke mens in de eeuwigheid leeft. Hij weet niet waar hij vandaan komt noch waar hij naar toe gaat. Wat Jezus in Joh 3:8 zegt. Een eigen Jezus er op na houden (Jezus als Boeddha reïncarnatie) , dat is niet de Weg welke ik ben gegaan. Ik heb het Woord gevolgd.
De mystieke dood brengt met zich mee dat men helder ziend, helder horend en helder voelend wordt. Daarmee krijg je een beeld
van alle potenties van de geestelijke mens, waardoor het fysieke lichaam totaal oninteressant voor je wordt. Daardoor denk je dat je jezelf volledig kent, maar je leert dan uitsluitend welke mogelijkheden er potentieel binnen de fysieke mens leven.
De mystieke dood heeft als gevolg dat het ego sterft, dan kan dat ego niet meer herrijzen in een volgend leven. Het heldere zien brengt namelijk met zich mee dat het gelijkvormige aan de wereld (wat ontstaan is uit de ik-wereld verhouding) alleen over een 'zelf' beschikt tijdens
dit leven. Het is tevens het "overwinnen van de wereld" (Johannes 16:33)
De potentie van de geestelijke mens is dat hij de zonde heeft overwonnen. Precies wat Paulus in Korintiërs 15 schrijft:
Dood, waar is uw prikkel? Hel, waar is uw overwinning? De prikkel nu des doods is de zonde; en de kracht der zonde is de wet. Maar Gode zij dank, Die ons de overwinning geeft door onzen Heere Jezus Christus. Zo dan, mijn geliefde broeders! Zijt standvastig, onbewegelijk, altijd overvloedig zijnde in het werk des Heeren, als die weet, dat uw arbeid niet ijdel is in den Heere.
De potentie is tevens dat het
geloof in de dood vervalt. Het geloof in de dood is alleen weggelegd voor de natuurlijke mens, omdat de natuurlijke mens per definitie sterft, het loon van de zonde is immers de dood. (Jammer voor Hitler, geen hemel voor hem) De geestelijke mens heeft niet het vermogen om te sterven en het fysieke lichaam wordt
daarom oninteressant.
Het ja/nee geloof in de dood kan niet op mentale wijze geschieden, men kan niet een trits denkbeelden aannemen en zich daar op baseren. De natuurlijke mens moet daadwerkelijk sterven en dat kan alleen geschieden als de natuurlijke mens zelf ook daadwerkelijk in ernst sterft. Zonder zicht op een hiernamaals of whatever. Zo zegt Jezus het ook Marcus 35:
Maar wie zijn leven vanwege Mij en voor Gods plan verliest, zal het behouden. De mens dient daadwerkelijk zijn aardse leven te verliezen om zichzelf voor God te behouden.
Na de fysieke dood ‘blaast de wind jou waarheen hij wil’, zodat je jezelf in vele nieuwe levens ècht kunt leren kennen.
Alleen voor de natuurlijke mens is er een scheiding van vóór de fysieke dood en na de fysieke dood. Wat uit de Geest is geboren weet niet waar hij naar toe gaat, zo leert Jezus het ons in Joh 3:8. Als ik hier ga beweren dat ik het
wel weet, dan weet ik het beter dan Jezus. Ik interpreteer Joh 3:8 dusdanig dat ik me bescheiden dien op te stellen. Het is altijd het ego wat zaken binnen zijn bereik wil
hebben.
Je moet begrijpen, dat ik 'geloof' niet als mentaal geloof zie, maar als vertrouwen in God. In dat vertrouwen kan ik geen voorbehoud maken ten opzichte van God. Alleen als ik iets
weet , dan schrijf ik dat hier. Van de toekomende tijd weet ik feitelijk niks, alles ligt in de handen van God. I.m.o. kun je als gelovige alleen alles in de handen van God leggen en niet een selectie maken. Het vergankelijke (Tufkah) heeft het onvergankelijke aangedaan, zoals Paulus dat noemt. Ik draag er dus enige kennis van. Ik heb daarmee ook het onsterfelijke aangedaan (Ik zit nu in Korintiërs 15:53-54). Of dat voldoende is, dat is niet aan mij....... Het is niet passend om ergens aanspraak op te maken.
Je moet Hem liefhebben zoals Hij is, afgezonderd van alle tweeheid en worden van iets tot niets.