In zuivere gelatenheid is de mens een met God. Dat verschaft een radicale perspectiefverandering met God. Eckhart noemde dat een zien en een liefhebben. Maar dan mag er geen enkel beeld van God meer in de mens aanwezig zijn. In zuivere gelatenheid verlaat de mens zijn eigen subjectiviteit en daarmee ook ieder "idee" over God. Dan blijkt dat "de wereld kennen" buiten de wereld plaats heeft. In het "kennen van de wereld" is geen enkel oordeel, maar alleen maar "kennen". Vandaar ook dat Jezus zegt dat je met je eigen oordeel geoordeeld zult worden, de mens doet zichzelf het oordeel aan. Het "kennen van de wereld" is buiten het veld van goed en kwaad, het oordelen vind plaats in het veld van goed en kwaad. Het is de mens zijn eigen oordeel wat hem in het veld van goed en kwaad houdt.Leon schreef: 06 jul 2025, 21:34Ik dacht dat re-ligie hetzelfde was als her-verbinden, vandaar, de relatie met God wordt vaak wel romantisch gezien.Tufkah schreef: 06 jul 2025, 20:56
P.S. Ik heb niet zo veel met het woord "verbinden" , juist omdat je in je diepste zelf alleen bent. Verbinden c.q. verbonden zijn is zo'n romantisch woord, welke aan de werkelijkheid zo weinig recht doet.
Heb je een alternatief dat deze existentiele situatie meer gepast beschrijft? Zijnsvergetelheid? (Waar je dus iets moet doen) Gelatenheid? (Waar je dus iets moet laten)
Je moet dus inderdaad iets laten , je laat het oordeel achterwege. Dat is de werkelijke betekenis van gelatenheid. Dan oordeel je de wereld niet langer , maar dan ken je de wereld. Binnen dat kennen is er geen enkele sympathie of antipathie (of empathie) voor hetgeen er in de wereld wordt waargenomen.
Dit klinkt allemaal eenvoudig (en dat is het ook) , maar de mens doet graag moeilijk. De mens die in de wereld is (de natuurlijke mens) wordt ook door de wereld bewogen. De mens die uit de wereld is (de geestelijke mens) wordt door God bewogen. (Niet door een bedachte God uiteraard) En daar kom ik terug op "affectie" , de mens die de eigen affectie achterwege laat (empathie) zal bemerken dat het God is die hem beweegt tot een affectieve houding naar de medemens. God in zijn Naaktheid is niks anders dan liefde, mededogen, compassie enz. Dan is het niet langer "ik" die compassie heeft met iemand, alle eer komt God toe. In mijn eigen naaktheid ben ik "niets" (niet-iets). En in dat "niets" heb ik ook geen beeld meer van mijzelf.
En dan blijkt ook dat "empathie" een egoïstisch karakter heeft. Binnen empathie verplaats ik mijzelf (ego) in de situatie van een ander en ben ik in wezen begaan met mijzelf. Empathie klinkt heel erg nobel, maar binnen empathie wordt de mens nog steeds door de wereld bewogen. Waarmee ik natuurlijk allerminst empathie als "slecht" wil karakteriseren, maar het is een substituut voor wat er zijn kan.